de een na laatste dag van 2015 dus 30 december ben ik naar het Rijksmuseum Twente in Enschede geweest om daar de tentoonstelling Gevaar & Schoonheid te zien gewijd aan de schilderijen van John William Turner, zijn voorlopers en navolgers.
Deze tentoonstelling presenteert Turner als een schakel tussen klassiek en modern. Men heeft zijn werk gecombineerd met dat van voorgangers en erfgenamen dus van de late middeleeuwen tot nu.
De indeling geschiedde naar de vier elementen Aarde - Lucht - Water en Vuur. De eerste twee zijn te zien in Enschede; de andere twee in Zwolle. We weten dat Turner de 17de eeuwse schilders uit Nederland bewonderde bv. Aelbert Cuyp, maar ook marineschilders als Willem van de Velde de jongere (werkzaam in Londen ) en Ludolf Bakhuizen.
Willem van de Velde de Jongere schilderde dit werk - een stormachtige zee.
Ludolf Bakhuizen schildert al iets moderner zie onderstaand schilderij.
Turner reisde veel en bezocht i n 1817 en 1825 Nederland. De indrukken die hij tijdens die vele reizen opdeed, legde hij vast in een tiental schetsboeken.
Op zijn schilderijen met stormen plaatst hij de grootsheid van de natuur tegenover de nietigheid van de mens. Opvallend is de weergave van de schepen op de schilderijen van Turner; bij van de Velde en Bakhuizen worden de schepen duidelijk afgebeeld, maar bij Turner zijn ze nauweljks zichtbaar. Het accent ligt bij hem vooral op het natuurgeweld.
Hij brak hiermee met de opvatting van zijn voorgangers; zij vonden een schilderij met alleen maar de zee kunst onwaardig. Navolgers van Turner zoals bv. Mesdag en andere zeeschilders namen zijn opvatting over. Turners weergave van de kolkende zeeën d.m.v. zijn onnavolgbare verfstreken is veel reeëler dan de schematische golven zoals op de schilderijen hierboven.
Wat betreft zijn privé-leven weten we dat Turner aanvankelijk architectuur wilde gaan studeren, maar het was Thomas Hardwick jr. die hem ervan wist te overtuigen door te gaan met schilderen. Het eerste olieverfschilderij dat hij in 1796 tentoonstelde droeg de titel Fishermen at Sea.
In 1802 bezocht Turner Frankrijk en Zwitserland. Ook bezocht hij Venetië. Twee bekende Venetiaanse schilders waarvan Turner ongetwijfeld werken heeft gezien waren Canaletto en Michele Marieschi, waarvan op deze tentoonstelling een schilderij hangt. De kunsthistoricus
Michael Levy schat het werk van laatstgenoemde hoger in dan dat van de veel beroemdere Canaletto.
Hoe Turner Venetië weergaf in zijn schilderijen zien we op onderstaand werk.

Meindert Hobbema en Jacob van Ruisdael verwerkten dit onder onderwerp op een totaal andere wijze, wat we op twee werken van hun hand kunnen zien.
Kasteel Bentheim gezien door de ogen van Jacob van Ruisdael.

Meindert Hobbema schilderde de ruine van Brederode.
Tijdens zijn verblijf in Zwitserland maakte hij ook schilderijen, waarop hij veel meer dan zijn voorgangers of tijdgenoten de grootsheid van de natuur plaatste tegenover de nietigheid van de mens.

in het hiernaast afgebeelde werk van deze Zwitserse schilder.
Hoe Turner het Zwitserse berglandschap weergaf kunnen we zien op het volgende schilderij.

Bijna alle mensen vinden vlammen, vuur fascinerend door de combinatie van gevaar en schoonheid. Ook Turner kende deze fascinatie; zo legde hij de brand die de Houses of Parliament in oktober 1834 vast in zijn schetsboek als toeschouwer. Hetzelfde deed hij in 1841 bij de brand van de Tower. Deze schetsen werkte hij in zijn atelier uit tot olieverfschilderijen en acquarellen.
Naast vuur als symbool van verwoesting staat vuur ook voor passie, strijd en oorlog.
Ook de zon kan de wereld in vuur en vlam zetten en een gevoel van dreiging geven, maar ook van hoop en verwachting. Turner was geobsedeerd door het licht; hij probeerde na minutieuse bestudering van lichtwerking dit licht zelf te schilderen. De zon was voor hem de eeuwigheid in optima forma.
Ik heb genoten van de tentoonstelling gewijd aan Turner in Enschede en dit artikel is daar een weerslag van
Geen opmerkingen:
Een reactie posten