Er zijn namen die als je ze laat vallen in bepaalde gezelschappen een zucht van herkenning oproepen en direct ook tot discussies leiden. Onlangs deed zich dat bij een oude schoolvriend voor waarvan ik weet dat hij een enorme muziekliefhebber is. Maar in tegenstelling met mijn persoon heeft hij zich vastgebeten in slechts een paar componisten w.o. Bach, Schumann en Schubert. De laatste vind ik gauw erg vervelend, heb altijd het idee dat de man veel te veel noten gebruikt. Er zijn gelukkig een paar dirigenten die deze veelheid door hun interpretatie doen vergeten en een van deze mensen die alleen al bij het noemen bij kenners direct iets oproept is de op 13 juli 2004 overleden Carlos Kleiber.
Zijn vader was de beroemde dirigent Erich Kleiber, die ik in een artikel overde Nederlandse tenor John van Kesteren aanhaalde. Toen de dreiging van de Nazi's te groot werd, vluchtte het gezin naar Argentinië. In dat verre land kreeg hij zijn eerste muzieklessen; maar zijn vader zag in hem geen dirigent, maar het kan ook zijn dat hij zijn zoon wilde beschermen voor het dirigentenschap. Dat is immers een beroep dat gepaard gaat met constant heen en weer reizen.
Carlos begon daarom in Zürich een opleiding scheidkunde, maar de muziek bleef aan hem trekken en hij stopte daarom deze studie en stapte over naar het conservatorium. Daar bleek al gauw dat hij een enorm talant was en in 1952 maakte hij zijn debuut als dirigent. Maar al gauw bleek ook dat hij qua karakter een moeilijk mens was; hij was te onrustig van aard om zich lang te binden aan een orkest of een operahuis. Zo kreeg hij de kans om Herbert von Karajan op te volgen, maar hij greep deze kans niet.
Als hij zich toch bond dan was dat slechts voor enkele jaren. Hij had een bijzondere affiniteit voor de opera Tristan und Isolde en Der Rosenkavalier. Verrassend was zijn optreden bij de traditionele Nieuwjaarsconcerten van de Wiener Musikverein die hij tweemaal dirigeerde nl. in 1989 en 1992. Het bleek dat hij deze muziek nieuw leven wist in te blazen door ze als meesterwerken te beschouwen.
In tegenstelling met anderen gaf hij bijna nooit interviews en wist daardoor zijn privéleven te scheiden van zijn dirigentenbestaan. Voor de orkestleden was hij zeer veeleisend en voerde een werk pas uit als hij vond dat het perfect was. Logisch dat deze houding dikwijls tot spanningen leidde.
Hij hechtte op zich niet aan geld of materiële zaken, maar als hij weer geld nodig had of weer eens een nieuwe raceauto wilde hebben, dan vroeg hij voor zijn optreden exuberante bedragen. Naast het openbaar optreden had hij ook een hekel aan de opnamestudio's en daardoor bestaan er relatief maar weining opnamen van deze man.
In 1999 trad hij voor het laatst op en trok zich terug uit het openbare leven. Hij was getrouwd met Stanislava Brezovar met wie hij twee kinderen kreeg, Marko en Lilian. Hij had een lang ziekbed. Hoe hij muziek tot leven wekte in dit geval Beethoven kunt U op onderstaande opname beluisteren.
1 opmerking:
Mooi samengesteld blog met veel informatie en een luisterlink.
Ik houd wel van Schubert, maar alles op z'n tijd. Zijn symfonieën hebben me nooit kunnen bekoren.
Een reactie posten