woensdag 18 juli 2012

Castres



Donderdag 5 juli

Alweer onze laatste dag in  Chateau Aiguefonde; bijzondere dagen omdat we verblijven in een Chateau dat alle grandeur van het verleden toont, maar daarnaast zeer gastvrij aandoet omdat er een sfeer heerst van het "Thuis "zijn en voelen. Je mag er alles! 's Ochtends was het weer nog goed. Ik heb me verder verdiept in de geweldige studie over het leven en werk van de lievelingsschilder van onze gastheer nl. Dirksz. van Haarlem, van wie er in het kasteel een aantal werken hangen.



Daarnaast heb ik een aantal catalogi doorgenomen; de namen genoteerd en foto's van een aantal afbeeldingen gemaakt. In de Kleine Salon met de nicht van Paul en haar man ( heeft in Nemegen op het Keizer Karelpleinn gewoond, ter hoogte van waar nu de Stadsschouwburg staat. Daar stond een rijtje prachtige herenhuizen die door de Nazi's zijn verwoest, waarbij al hun bezittingen verloren zijn gegaan, geluncht.
Daarma zijn we naar Mazamet gereden om te zien of de Knirps van Corrie nog in de grote kerk lag, maar tevergeefs.  Vervolgens zijn we naar Castres gereden. Helaas begon het te regenen. Bij het Office de Tourisme gevraagd welke bezienswaardigheden we moesten bekijken. Dat waren de de tuinen van Le Nôtre; volgens de dame die ons te word stond het beste te zien vanuit de ramen op de 1ste etage van het stadhuis; het Goyamuseum en het museum Jean Jaurès. Dezelfde dame was zeer  verbaasd te horen dat ik wist wie deze man was, nl samen met Emile Zola een felle verdediger van Alfred Dreyfus.

We zijn eerste naar de genoemde etage gelopen vanwaar je inderdaad een geweldig gezicht op deze tuinen, een toppunt van symmetrie, hebt. Ik heb zowel van de linker-als rechtertuin een foto gemaakt. Tegenover dit stadhuis liggen twee musea, een voor moderne kunst en het al genoemde Goyamuseum. Met z'n vieren zijn we heel kort door het eerste museum gelopen. Ben heeft een foto genomen van een diersculptuur gemaakt uit gebronste vorken. De anderen hadden geen zin om het Goyamuseum te bezoeken, afgesproken dat we elkaar over een half uur zouden ontmoeten.

In dit museum hangen overigens alleen Spaanse meesters uit de gothiek, de Renaissance tot en met de modernen. Uit de gothiek is het opvallendste werk een Altaarstuk vervaardigd door de zogenoemde Riofrio Meester.
Vanzelfsprekend hangen er veel werken uit de 17de eeuw, de Gouden Eeuw van Spanje; toen dat land heerste over een groot deel van Europa, Midden-en Zuid Amerika. Kunstenaars uit die periode waren o.a. Velasquez, Murillo, de Zurbaran en Alonso Cano om een paar grootheden te noemen.

De daarop volgende periode van de Verlichting, wat de schilderkunst betreft de overgangstijd van Klassicisme naar Neo-klassiek. De beroemdste Spanjaar uit deze tijd is de man naar wie het museum genoemd is Francisco de Goya, die leefde van 1746 tot 1828.

Een volgende bloeiperiode in de Spaanse schilderkunst is die tussen grofweg de jaren 1880 en 1936, door sommige historici de zilveren eeuw genoemd. Hierbij moeten we denken aan mensen als Herman Anglada-Camarazo, Santiago Rusinol, Joachin Sorolla, Pablo Uranga en Pablo Picasso.
 
Naast schilderijen bezit het museum een grote muntenverzameling, de wapenverzameling van René Gayral en prachtige beelden o.a. de Friezen vervaardigd door Velez Blanco. Ik heb er een aantal foto's gemaakt zonder flits.

Toen ik het museum uitkwam en mijn paraplu wilde pakken, bleek die te zijn verdwenen. Het weer nodigde niet uit om een wandeling te maken door de stad; we kwam nog wel langs een aantal opvallende huizen qua stijl en kleur, pittoresk gelegen langs de rivier.
We zijn weer naar ons kasteel gereden, waar we eerst nog een aantal spellen bridge hebben gespeeld. Voor de laatste keer gedineerd in de eetzaal waar de tafels deze keer op Marokkaanse wijze waren gedekt, heel feeëriek.
's Avonds hebben de dames de koffers ingepakt en daarna hebben we op het terras met de andere gasten koffie gedronken en over " vroeger " gesproken. Dat schijnt deze vakantie een geliefd onderwerp te zijn.

Geen opmerkingen: