donderdag 28 januari 2016

daggedicht donderdag 28 januari


Wie heeft er gehoord van de dichter Charles Beltjens; ik niet daarom kies ik voor deze donderdag een gedicht van de in 1994 gestorven dichter Hans Berghuis die Charles Beltjens heeft herdicht in een viertal gedichten. Hij deed dit n.a.v. het feit dat deze in 1990 honderd jaar geleden stierf. Overigens de dichter Hans Berghuis was mij ook niet echt bekend. Hij werd 12 februari 1924 in Apeldoorn geboren, verbleef in zijn jeugd in het sanatorium Homerheide en begon in deze tijd te schrijven onder het pseudoniem H.Brands, Werkte vanaf 1946 als journalist bij het Limburgs Dagblad en De Maasbode.
Naast gedichten schreef hij ook romans w.o. Pleidooi voor een zondaar ( 1952). In 1964 kreeg hij te maken met een zogenaamd Writers block die in 1984 werd beeindigd met het verschijnen van nieuwe poëzie. Tussen 1960 en 1970 schreef hij ook recensies voor de Volkskrant. Hij overleed 27 december 1994 in Heerlen.


OLYMPUS

In zingend Sittard aam de Kollenberg
daar ligt een laan, zo'n echte laan,
genaamd naar een groot poëet. Van naam
heette hij Charles. Zo heet ook de laan.
Niemand leest hem, hij schreef Fransoos
Perfect hoor, daar niet van, maar groots
en groter, grootst. Een late romantiek. 
En je moest alles weten wat hij wist,
anders begreep je niet veel van heroïek.
In zijn gedichten heb ik niet zoveel gemist.
Wel dit: "Veer zee van Zittard, dèt
heurt m'n aan de kal!"Dat was een val
waar in hij niet trapte. Si-Tard was hem
liever en de hemel nooit te hoog. Het dal
kende hij te goed. De kol was hem een berg.
Hij doopte hem Olympus. Daar was Zeus niet ver.


26 FEBRUARI 1990
UIT    CHARLES BELTJES HERDICHT.


Geen opmerkingen: