maandag 23 april 2012

De vakbeweging blaft maar bijt niet




Onlangs werd van de zijde van de vakbond met veel aplomb een akkoord gesloten met  met de Ondernemersorganisatie Schoonmaak-en Bedrijfsdiensten gesloten. Jubelend zei de bond dat dankzij de stakingen de werkgever overstag was gegaan. Helaas spreekt men over dit accoord niet de waarheid. Wat is namelijk het geval.
Aan het begin van de maand maart legde de werkgever een bod op tafel dat overeenkomst met het gesloten accoord waarin de bonden tegen de zin van de schoonmakers akkoord gingen met de twee onbetaalde wachtdagen.
Vraag die zich dan voordoet is waarom het zo lang heeft moeten duren voordat de bonden accoord gingen met het voorstel. Dat heeft natuurlijk alles te maken met  de interne machtsstrijd die zich momenteel afspeelt binnen de FNV. Men heeft de schoonmaakacties tot speerpunt gemaakt en proberen een beeld te scheppen van dat acties op straat tot betere afspraken leidt dan het polderen.

En tegelijkertijd moesten de bonden, wetend dat ze het bod van de werkgevers wel moesten accepteren, de schoonmakers ervan overtuigingen dat de verwachtingen die ze bij deze mensen hadden gewekt, moesten bijstellen.
We zien in het accoord dat de bonden wel degelijk gepolderd hebbeb, want ze zijn accoord gegaan met de cao-afspraken over de pensioenen. Dit jaar betalen de werkgevers nog mee aan de premieverhogingen, maar het volgend jaar komt er een premiestabilisatie en betalen de werkgevers niet meer mee aan de premies.

Christoffer Wilhelm Eckersberg




Het hiernaast afgebeelde zelfportret is vervaardigd door de man waarvan gezegd wordt dat hij de grondlegger is van de Gouden Eeuw van de Deense Schilderkunst.

Christoffer Wilhelm Eckersberg, hij is de schilder van dit zelfportret was de zoon van een timmerman en zag het levenslicht op 2 januari 1783. Op heel jonge leeftijd, waar andere kinderen speelden, was hij bezig met tekenen en schilderen. Hij ging lessen volgen bij Josiah Jacob Jessen woonachtig in Flensburg.
In 1803 werd hij toegelaten tot de Kunstacademie in Kopenhagen. Inmiddels had hij een relatie gekregen met Christina Hessing, die van hem in verwachting raakte. Hij trad met haar in het huwelijk om dat kind te wettigen.

Hij wist bij rijke kunstliefhebbers geld los te krijgen om een studiereisreizen naar Parijs en Rome te maken. In die laatste stad verbleef hij van 1813 tot 1816; hij maakte deel uit van een klein groepje Deense kunstenaars w.o. de beeldhouwer Bertel Thorvaldsen.
Ondertussen sprak een rechter in zijn vaderland de scheiding uit tussen de echtelieden. Teruggekeerd in Kopenhagen kreeg hij een leerstoel aangeboden aan de Academie. Wat zijn huwelijken betreft was hij niet zo gelukkig; want Elisabeth Juel met wie hij een 2de huwelijk aanging, overleed in 1927 en na haar dood trouwde hij met haar zus Susanne.
22 juli 1853 overleed Eckersberg aan de gevolgen van cholera. Een opvallend schilderij vind ik onderstaand naakt.

De Bruid



Ik heb voor deze dag een gedicht gekozen van een dichter die regelmatig opduikt in bloemlezingen en dus ook nog gelezen wordt.

DE BRUID

Ik dacht dat ik geboren was voor verdriet

en nu ben ik opeens een lied
aan 't worden, fluisterend door het ijle morgenriet.
nu smelt ik weg en voel mij openstromen
naar alle verten van den horizon,
maar ik weet niet
meer waar mijn loop begon.

de schaduwen van blinkend witte wolken
bespelen mij en overzeilen mij;
en scholen zilvren vissen bevolken
mijne diepte en bliksemend voel ik zo mij
doorschichten en mijne wateren alom doorkruisen
en in mijn lissen vluchten

zij zijn mijn kind'ren en mijn liefste dromen

ik ben nu volgegoten met geluk.
de tranen die ik schreide en de zuchten
zie ik vervluchtigen tot regenbogen
die van mijn ogen springen naar de zon.

waar zijn de bergen van den horizon?

ik zie ze niet

HENDRIK MARSMAN 1899-1940

UIT:            VERZAMELD WERK
                    QUERIDO, AMSTERDAM 1979

Wie waren de ouders van Etty Hillesum?

 


Onthutsend is het beeld wat de meeste mensen die de moeder van Etty Hillesum gekend hebben, van haar schetsen. Vooral wat Etty in haar dagboeken over haar moeder zegt, komt erg hard over; zij lijdt aan hypochondrie, is zeer egoistisch ingesteld en bemoeit zich op de verkeerde momenten met haar man en haar kinderen. En feitelijk is zij het geweest die het gezin Hillesum de dood heeft ingejaagd door haar impulsieve gang naar de Duitse bezetter, maar daar kom ik nog op terug.

Riva Bernstein werd op 23 juni 1881 in het plaatsje Potsjeb in Rusland geboren. Bij een van de eerste progroms vertrok het gezin vanuit Rusland naar Nederland. Dat was natuurlijk geen plezierreisje en Riva heeft veel moeten doorstaan tijdens de reis. Aangekomen in Amsterdam ging zij wonen  bij de familie Montagnu in de 2de Jan Steenstraat nr.21. Dat zij goed kon fantaseren bleek wel toen zij zei lerares Franse taal te zijn. Niet veel later kwamen haar broer Jacob en haar ouders Michael Bernstein en haar moeder Hinde Lipowsky.

Het hele gezin ging wonen op de 2de etage  van genoemd huis aan de Jan Steenstraat. 3 jaar na zijn komst in Amsterdam trouwde Jacob, die diamantbewerker was, met Marie Mirkin, afkomstig uit Warchau. Niet lang daarna is het gezin Bernstein, zonder Riva die immers getrouwd was met Louis Hillesum, in het geniep naar de Verenigde Staten verhuisd.

Niet alleen Etty, maar ook haar beide andere kinderen Jaap en Micha ( aan wie ik eerder een blog gewijd heb) hadden een beladen verhouding met hun moeder, die zij kenschetsen als een dominante, chaotische, drukke vrouw, die alleen maar met zichzelf bezig was. Opvallend was dat deze verhouding beter werd toen het gezin in Westerbork was. Heel naïef schreef Riva een brief naar het hoofd van de SS in Nederland, de beruchte Hans Rauter, waarin zijn om een paar privileges vroeg voor haar gezin. Daar was Rauter absoluut niet van gediend en hij gaf  meteen het bevel om het gezin op 6 september 1943 te transporteren naar Auschwitz.

Waarschijnlijk zijn Louis en Riva Hillesum onmiddellijk na afkomst in Auschwitz-Birkenau vergast.


zondag 22 april 2012

Carl Smulders




Toen ik nog veel opnam met behulp van casettebandjes heb ik een werk opgenomen van een componist wiens naam bij de meeste lezers van Spechtiania niets zal zeggen; terwijl het een prachtig werk voor cello en orkest is dat de titel Rosch-Haschana draagt, dat op het repertoire stond van Willem Mengelberg, die er een uitvoering van leidde in 1902 met als solist de cellist Isaac Mosel.

Tegenwoordig is deze componist totaal vergeten en kan ik in de catalogi van diverse platenlabels niet een opname van hem vinden. Via dit artikel wil ik hem een beetje aan de vergetelheid ontrukken. Van oorsprong is het een Nederlandse componist, die het grootste deel van zijn leven in België werkzaam was.
Zowel zijn vader Frederik Smulders als zijn moeder Anna Magdalena Voorgang waren afkomstig uit Amsterdam. De vader was van beroep pianotechnicus waarmee Carl een slechte verhouding had. 8 mei 1863 werd Carl geboren in Maastricht en ging op 15 jarige leeftijd studeren aan het conservatorium van Luik. Hij stuudeerde er piano en compositieles. In 1891 kreeg hij samen met Guillaume Lekeu de Brusselse Prix de Rome voor zijn cantate Andromède.

In 1889 deed hij eindexamen en vanwege zijn composities kreeg hij er direct het leraarschap aangeboden in harmonieleer. Daarvoor was wel nodig dat hij tot Belg liet naturaliseren. Zijn werken werden enthousiast ontvangen o.a. door Alphons Diepenbrock, die hem met de Tachtigers in aanraking bracht. Beiden werden vrienden en Smulders werd voor Diepenbrock een grote steun in de techniek van het componeren. Diepenbrock was namelijke een autodidact.
Op zijn beurt heeft Diepenbrock alijd geprobeerde het werk van Smulders te promoten. Beide componisten waren in tegenstelling met andere Nederlandse componisten uit die tijd meer Frans, dan Duits georiënteerd. Bij Smulders is duidelijk de invloed te horen van Caesar Franck en Guillaume Lekeu.

Naast zijn compositorische werkzaamheden hield Carl zich ook bezig met de pianotechniek; een van zijn uitvindingen was de pédale expressive waar het timbre of de geluidssterkte van de aangeslagen toon gewijzigd kon worden. Een heel opvallend feit was dat Carl  de pees die de vingers verbindt operatief liet doorsnijden om zijn speltechniek te verbeteren.

Ik heb al eerder vermeld dat Smulders contacten had met de Tachtigers, zo correspondeerde hij met Herman Gorter en vertaalde gedichten van Jacques Perk in het frans. Daarnaast schreef hij in de jaren 1906-1913 vier franstalige romans, die toen veel succes hadden, maar nu totaal vergeten zijn.
Om de Belgische krijgsgevangenen een hart onder het riem te steken schreef hij liederen.

De laatste jaren werd hij gekweld door zijn dafaitisme en depressies, die hem deden stoppen met componeren. Hij stierf iets voor zijn 71ste  verjaardag totaal vereenzaamd en vergeten aan de gevolgen van een leverkwaal.

Het laatste maanlicht




Voor deze zondag kies ik een gedicht van de in 1962 geboren dichter Rogi Wieg.


HET LAATSTE MAANLICHT

Doodgaan is een vak. Ik heb geen vak geleerd.
In het laatste maanlicht bezing ik mijzelf
als ware ik onvervangbaar groot. Verkeerd
is het niet het lijf te zien als gewelf

van de ziel, maar de ziel is slechts as, aarde,
waaroverheen het late maanlicht vaarde
alsof het een dodenschip was, geen romantiek;
mijn hartenzellen delen zich tot nieuw ziek

hersenweefsel. Het schip maakt water, zakt schuin
de aarde in. Kapitein zijn is een mooi beroep
als je niet weerkeert in een wrakke sloep.

met daarin lachende, kaartende wormen.
Ook kaarten is een vak, rode hartenaas
is de kaart die mij ontbreekt, zwart is de baas.

ROGI WIEG
UIT     WAAR ZIJN JAS HANGT, EEN KEUZE UIT DE GEDICHTEN
SAMENSTELLING         JUDITH FLIER

DE ARBEIDERSPERS, AMSTERDAM, 2006

Wie waren de ouders van Etty Hillesum



Levie Hillesum was op 25 mei 1880 in Amsterdam geboren; hij was het jongste kind van de vier kinderen die geboren werden uit het huwelijk van Jacob Samuel Hillesum en diens vrouw Esther Hillesum-Loeza. Het gezin woonde in de Sint Antoniebreestraat nr.31.

Na zijn middelbareschoolopleiding ging hij klassieke talen studeren aan de Universiteit van Amsterdam. In 1902 deed hij zijn kandidaats-en in 1905 zijn doctoraalexamen. Hij was een uitmuntende student, want voor beiden slaagde hij cum laude.
Zijn proefschrift droeg de titel De imperfecti et aoristi usu Thuciddis en zijn verdediging was dusdanig dat hij ook cum laude proveerde.

Na zijn promotie nam hij in datzelfde jaar 1908 een aanstelling aan als leraar klassieke talen in Middelburg. Hij bleef daar tot 1914, toen hij eenzelfde baan aanvaardde aan het Hilversums Gymnasium. Inmiddels was op 15 januari 1914 nog in Middelburg het eerste kind geboren nl. Esther, Etty genoemd.

Het leraarschap werd voor Levie steeds moeilijk, vooral vanwege de ordeproblemen in de klassen met veel leerlingen die hij had door doofheid aan één oor en een slecht gezinchtsvermogen. Om daaraan te ontkomen ging hij naar een kleiner gymnasium in Tiel, waar hij verbleef van 1916 tot 1918. In dat jaar verhuisde hij opnieuw van betrekking nl. naar het Winschotens gymnasium en hij beeindigde zijn loopbaan aan het Gymnasium in Deventer, waarheen hij in  1924 vertrok en in 1928 rector werd.

Tijdgenoten w.o. oud-leerlingen om schrijven Louis als een kleine, stille, teruggetrokken man; een echte kamergeleerde, maar wel met humor en een grote eruditie. Vooral in de lagere klassen trad hij vanwege zijn lichamelijke gebreken veel te streng op; in de hogere klassen had hij een veel betere band met zijn leerlingen.

Louis Hillesum was hét voorbeeld van een geassimileerde jood en kon dus toetreden tot de hogere kringen in Deventer.

zaterdag 21 april 2012

Spechtjes



Gelukkig!  Eindelijk vertoont de PVV de scheuren die bij een partij die uitgaat van de onderbuikgevoelens van mensen, zich altijd gaat voordoen. Op zich vind ik het knap van Wilders dat hij zo'n lange tijd zijn beweging heeft weten te leiden, maar op den duur krijgt ook hij te maken met morrende partijleden, die iets te zeggen willen hebben, die hun mening gehoord willen worden.

Veel te lang heeft hij gemeend dat zijn item van Islamisering voor zijn kiezers voldoende zou zijn om hem te blijven steunen. Maar nu de economische crisis heeft toegeslagen, is dit onderwerp geen hot item meer en kijken de mensen met argusogen wat Wilders in het Catshuis uit de onderhandelingen weet te halen.

Vaststaat dat hij in het defensief is gedrongen en dat de onderhandelingen die de PVV momenteel voert wel eens dreigt te eindigen in een nachtmerrie voor deze partij. Overal stappen PVV leden uit hetzij de gemeenteraad, de provinciale staten en andere instanties. In Limburg is zelfs de coalitie uit elkaar gevallen omdat het CDA geen vertrouwen meer heeft in de PVV.

Leden van de PVV zijn al de uitlatingen van Wilders over b.v. de Turkse president zat; zij vinden dat hij zich beter met echt belangrijke zaken bezig kan houden.

Op dit moment schijnen de onderhandelingen mislukt te zijn, want Wilders heeft zojuist het Catshuis verlaten.

Of dit betekent dat er verkiezingen komen lijkt bijna onoverkomelijk; een andere mogelijkheid is dat CDA en VVD als echt minderheidskabinet doorgaan en voor hun bezuinigingspakket steun zoeken bij andere partijen in de 2de Kamer. Of dit haalbaar is hangt naturlijk ook af van de inhoud van de voorstellen waarmee Rutten naar buiten komt.

Vast staat dat dit het einde is van de PVV en daar hoeven we niet om te treuren.

Koning Christiaan X van Denemarken




Soms worden er verhalen verteld om iemand bepaalde eigenschappen hetzij in positieve zin, hetzij in negatieve zin toe te dichten.
Een voorbeeld hiervan is de Deense koning Christiaan X, die 20 april 1947 overleed in Amaliënborg.
Deze Christiaan werd op 26 september 1870 geboren in  Charlottenlund, bij Kopenhagen. Zijn vader was koning Frederik VIII en zijn moeder was Louise, dochter van de Zweedse koning Karel XV.
Naast Christiaan kreeg het ouderpaar nog een zoon nl. Haakon, die later als Haakon VII, koning van Noorwegen werd.

Gedurende zijn lange regeringsperiode van 1912 tot 1947 kreeg Denemarken te maken met twee wereldoorlogen. Toen de Nazi's Denemarken bezetten bleef Christiaan in Denemarken wonen en maakte elke dag te paard een rit door Kopenhagen. Dit werd gezien als een daad van verzet, temeer omdat hij dat alleen deed, dus niet begeleid door bewakers.

Uit deze periode dateert ook het verhaal waar ik mee begon, namelijk dat Christiaan een jodenster gedragen zou hebben, om te laten zien dat hij zijn joodse landgenoten niet in de steek liet. Maar dit was puur een mythe, want de Deense joden hebben nooit van de nazi's een jodenster hoeven te dragen. Dat hij zijn sympathie omzette in daden bleek wel toen de synagoge in Kopenhagen getroffen werd door brandstichting. Hij stuurde namelijk een steunbetuiging aan de rabbijn van deze synagoge. Daarnaast ging hij met slechts twee woorden in op een gelukwens van Hitler bij zijn zeventigste verjaardag.

Ijsland, dat vanaf 1918 een personele unie had met Denemarken, was door de wereldoorlog geisoleerd van Denemarken. De Engelsen bezetten het eiland als bescherming tegen de Nazi's. In 1944 werd er op het eiland een referendum gehouden dat leidde tot afscheiding van Denemarken.

Tijdens een van zijn ritten door Kopenhagen viel Christiaan in oktober 1942 van zijn paard. Van toenaf ging zijn gezondheidstoestand achteruit en verscheen hij bijna niet meer in de openbaarheid. Pas op 9 mei 1945 toen de nazi's zijn lans hadden verlaten, opende hij de Deense Rijksdag.

Christiaan trouwde met Aleandrine, een dochter van groothertog Frederik Frans III van Mecklenburg-Schwerin. Zij was een volle nicht van Prins Hendrik van Nederland. Uit dit huwelijk werden twee kinderen geboren nl. Frederik (geboren 11 maart 1899 en gestorven 14 januari 1972; deze trouwde met Ingrid van Zweden; en Knoet Christiaan ( geboren 27 juli 1900 en gestorven 14 juni 1976); hij troude met Caroline Mathilde van Denemarken.


vrijdag 20 april 2012

Voor de brug



De dagkalender van de poëzie vermeldt voor deze vrijdag 20 april een gedicht van de in 1944 geboren dichter Ad Zuiderent.


VOOR DE BRUG

De Nijverheid ligt voor de brug,
hoog, leeg, terug van weggeweest.
Je zegt niet: hij is afgedaald.
Daarvoor is de rivier te vlak.
Hij is gewoon, van zand verlost,
een huis op weg naar huis,
voorbij de brug de grachten door.

Een fietser aarzelt op de brug
of bij een inhaalpoging waagt,
zich tussen bromfietsers laveert,
snel wegschiet als hij claxons hoort
omdat hij zit te denken
aan de tragheid van de binnenvaart,
waar als het spitsuur defileert,
gerookt kan worden en gestaard.

Zichzelf denkt hij al stroomopwaarts,
water waar hij bevriend mee raakt
en dan met open luiken terug,
en 's avonds wachten voor de brug,
in zijn gedachten afgedaald.

Ad Zuiderent
Uit       Fietser naar niets
Querido, Amsterdam, 2004

Bezoek aan de grachtengordel


Afgelopen woensdag 18 april heb ik samen met een vriend een bezoek gebracht aan Amsterdam; we hebben er een wandeling gemaakt langs twee beroemde grachten nl. De Herengracht en de Keizersgracht.

Hoewel ik zelf maar 6 jaar in deze stad gewoond heb, krijg ik iedere keer als ik kom weer de ervaring van een aha erlebnis. Ik heb al in eerdere, maar ook op dit blog laten weten dat ik er regelmatig kom om er bv. wandelingen te maken die georganiseerd zijn door De Burcht, of een theatervoorstelling bij te wonen in De Rode Bioscoop.

Omdat we weten dat parkeren in Amsterdam een godsvermogen kost, zetten we onze auto altijd neer op een P&R hetzij bij het Olympisch Stadion, hetzij op Zeeburg. Vanaf deze P&R kun je dan met de tram of bus naar de buurt waar je een wandeling wilt gaan maken.

Deze keer hebben  we vanaf P&R Zeeburg tram lijn 26 genomen naar het Centraal Station, dat weer in volle glorie staat te pralen; jammer genoeg zijn de werkzaamheden aan metro e.d. nog steeds niet klaar, maar je ziet telkens een vooruitgang. Jammer genoeg wordt het gezicht op de gezichtsbepalende Nicolaaskerk beperkt door de bouw van een betonnen schacht, die dient voor de ontluchting van de Metrolijn in aanleg. Mij lijkt het een megalomaan gebeuren, waarvan ik me afvraag of die nu werkelijk nodig is. De toekomst zal het uitwijzen.

Tijdens de wandeling langs zowel de Heren-als Keizersgracht val je van de ene verbazing in  de andere door de prachtige panden versierd met wonderschone gevels, guirlandes etc. De beroemde bocht is op het schilderij veel mooier dan in haar huidige gedaante.

Opvallend vond ik het aantal " vreemde en daardoor " opvallende gebouwen dat langs deze grachten is gebouwd w.o. kerken.
In een van de beroemdste kerk van Amsterdam en ook veel bezongen de Westerkerk ben ik voor het eerst van mijn leven binnen geweest. Eerlijk gezegd viel het interieur mij enigszins tegen. Het enige bijzondere is het orgel, maar verder bevat dit gebouw geen kunstwerken.

Kortom ik heb van deze wandeling genoten.

Michael Ancher


In mijn laatste artikel over vrouwelijke kunstenaars was dat gewijd aan Anna Ancher.
Deze kunstenares was getrouwd met de kunstenaar die zichzelf hiernaast afbeeldde nl. Michael Ancher.

19 september 1849 geboren in Frigaard, Bornholm woonde langdurig  op het noordelijke eiland Skagen, dat altijd al kunstenaars heeft aangetrokken. Meestal logeerde hij dan in het hotel van ene Brodum, de vader van Anna Brodum, zijn latere vrouw.

Onder invloed van schilders als Kroyer, Krogh en zijn eigen vrouw ging hij veel meer met kleuren experimenteren. Hij bleef wel vasthouden aan een klassieke manier van schilderen en zijn stijl kunnen we een mix noemen van naturalisme en impressionisme.

donderdag 19 april 2012

Spechtjes



Nederland is momenteel een land dat verdwaald is; een land dat volgens velen helaas is veranderd in een land dat alleen maar bezig is met navel staren. Het heeft zich afgekeerd van Europa en helaas is dat mede te wijten aan het kiezen voor de flanken.

Men denkt dat repressie het enige middel is om aan de hufterigheid een einde te maken; de kreet om steeds strenger te straffen klinkt steeds luider en helaas geeft het huidige kabinet daar veel te veel aan toe. Er worden ook allerlei wetten door de 2de kamer gejast die op zich weinig betekenis hebben, maar voor de bühne belangrijk zijn omdat ze tegemoet komen aan het zogenaamde gevoel van onveiligheid bij bepaalde groepen Nederlanders. Het Boerkaverbod is daar een mooi voorbeeld van. Hoeveel vrouwen dragen zo'n boerka? Het zijn er waarschijnlijk niet meer dan 200. Het is dus werkelijk ridicuul om voor zo'n minderheid een aparte wet te maken.

Een andere verkeerde bescherming gebeurt door een echt Nederlands Instituut - het toonbeeld van betutteling. Sind 2011 worden ouders geholpen bij het laten kijken van programma door hun kinderen. Op zich heb ik daar geen bezwaar tegen; maar nu gaat dit NICAM zich ook met programma's bemoeien voor volwassenen en dan op de tijden als de kinderen naar school zijn.

Men gaat er namelijk vanuit dat de kinderen die wel thuis zijn kijken naar programma's als Van Dis in Indonesië. In de laatste uitzending over Bali, zagen we een geketende naakte man en een uitgemergelde naakte vrouw en een openluchtcrematie, waarbij een brandend been gezien kon worden. Volgens onze waakhond mag dit niet en moeten deze beelden vertroebeld worden.
Hiermee schiet de NICAM zijn doel voorbij, want door dit te doen worden deze programma's die duidelijk niet om de sensatie deze beelden vertonen, verminkt.
Dit is weer zo'n voorbeeld van betutteling die zijn doel voorbij schiet.

dinsdag 17 april 2012

De zee heeft de omvang van de wind....



De dagkalender van de poëzie vermeldt voor deze dinsdag 17 april een gedicht van de in 1968 geboren dichter Erik Lindner.

De zee heeft de omvang van de wind
en stroomt over op het mergsteen
door de wind bewerkt voor de zee

een strandloper loopt langs de wind
en telt met zijn stappen
de losse delen van het zand
en de losgewaaide koppen van de zee
en de losgekomen vlokken van de wind

rollende kruipende schuivende stukken
van een eiland dat voor even stilstaat
op de rand van de zee

hoeven vergruizelen het steen
de zee draagt het bot naar de kant
het zand koelt af in de wind

schuimvlokken meten de omvang
van een eiland dat tijdelijk ontstaat
onder de voetstap van een strandloper

ERIK LINDNER.
UIT:   TAFEL
DE BEZIGE BIJ, AMSTERDAM, 2004


Anna Ancher



In Nederland wordt altijd met een zeker dedain neergekeken op Denemarken, alsof dit land op o.a. cultureel gebied nauwelijks enige betekenis heeft. Spreken we over schilderkunst dan weten de meeste Nederlanders geen Deense schilder op te noemen, terwijl dit land toch een aantal grote schilders heeft voortgebracht.

Daar is ook een vrouw bij namelijk Anna Ancher die leefde van 1859 tot 1935. Zij werd geboren in Skagen als dochter van Erik Andersen Brondum en Ane Hedvig Moller. Skagen was het centrum van een groep schilders. Al op jonge leeftijd gaf zij blij van haar aanleg voor schilderkunst en zij ging lessen nemen op het Vilhelm Kyhn College in Kopenhagen.
Zij vertrok naar Parijs waar zij ging werken in het atelier van Pierre Puvis de Chavannes samen met Marie Triepke, die later zou trouwen met een andere Deense schilder Peder Severin Kroyer. Terug in Skagen ontmoette zij in 1880 Michael Ancher en trouwde met hem. Ze kregen één dochtertje Helga.

Anna schilderde voornamelijk binneninterieurs en eenvoudige dagelijkse gebeurtenissen uit het leven van de Skager bevolking met als specialiteit vissersvrouwen en kinderen. Ze was geobsedeerd door het licht en kleuren. Later schilderde zij ook meer complexe onderwerpen. Al tijdens haar leven kreeg zij een aantal prijzen.

In 1884 betrokken zij hun huis op Skagen; pas in 1913 werd er een groot atelier bijgebouwd. Na de dood van Anna bleef dochter Helen er wonen en maakte een museum van het huis.

Bekende schilderijen van Anna zijn:  Blue Ane geschilderd in 1882,  The girl in the Kitchen in de jaren 1883 tot 1886 vervaardigd, Interior with Clematis uit 1913 en A Funeral uit 1891.

maandag 16 april 2012

Pavel Axelrod



In deze serie wijd ik aandacht aan personen in het verleden die op genoemde datum zijn overleden. Daarbij kies ik voor mensen die nauwelijks nog bekend zijn en dus niet voor de op deze dag ook overleden Spaanse schilder Goya.
16 april 1928 overleed de hiernaast afgebeelde Russische marxistische revolutionair Pavel Axelrod, wiens werkelijke naam Pinchas Borutsch was. Hij werd 25 augustus 1850 in het in de Oekraïne gelegen stad Tsjernigov geboren.
Tijdens zijn studie wordt hij lid van een groep mensen die het socialisme aanhangen en onder leiding staat van Michail Bakoenin en gaat meewerken aan een tweeetal kranten die het idealisme van het wat men noemt marxistisch dialectisch materialisme propageren en uitdragen. De namen van de kranten wijzen voorzichzelf De Werker en Commune.

Vanwege de moeilijke en onoverzichtelijke toestanden in zijn vaderland kiest hij voor de vlucht naar Zwitserland en doet dit samen met medestanders als Georgi Plechanov en Vera Zasulitch. Met hen richt hij de Groep ter Bevrijding van de Arbeid op.
Er zijn nog meer Russische vluchtelingen en in 1900 sluiten de verschillende richtingen die zij vertegenwoordigen één front en onder leiding van Lenin, Julius Martov geven zij voor al de Russische ballingen een socialistische krant uit  die de naam Vonk draagt. In 1903 na afloop van het 2de congres van de RSDAP, sluit Axelrod zich aan bij de Menjewieken. Hij gaat ook artikelen schrijven voor de internationale krant Onze Wereld.

In 1917 komt er een einde aan de ballingschap van Axelrod door de Februarirevolutie. Alexander Kerenski  vormt een voorlopige regering en de Mensjewieken treden tot deze regering toe, hoewel Axelrod daar fel tegen is. Ook als deze politieke partij kiest voor het opvoeren van de oorlogsinspanningen, voert hij daar tegen oppositie. Axelrod neemt het standpunt in dat er onmiddellijk met vredesonderhandelingen begonnen moet worden en komt dan ook in botsing met de haviken Irakli Tsereteli en Fedor Dan. Hij verliest op een congres van 18 juni 1917 de strijd tegen deze twee.

Als de Bolsjewieken na de oktoberrevolutie aan de macht komen kiest Axelrod eieren voor zijn geld en verlaat hij Rusland. Vanuit het buitenland voert hij zijn verdere leven oppositie tegen de machthebbers in zijn moederland; overigens zonder veel succes. Hij overlijdt in Berlijn.

Carl Ludwig Jessen


De schilder die zichzelf afbeeldde op het hiernaast afgebeelde schilderij en van wie ook werken hingen op de tentoonstelling Schilders aan Zee heette Carl Ludwig Jessen, die leefde van 22 februari 1833 tot 4 januari in 1917.
Men nemt hem de Friesenmaler, omdat hij zijn grootste inspiratie vond in het weergeven op het doek van de Noordfriese boerenkultuur.

zondag 15 april 2012

De Amstel buiten Amsterdam



Vandaag kies ik een gedicht van een dichter die in het begin van zijn schrijverschap bekend is geworden met geweldige verhalen, maar die mijns inziens "onbegrijpelijke"gedichten heeft geschreven waarvan ik er hier toch een laat volgen.


DE AMSTEL BUITEN AMSTERDAM

De vlakke boordevolle breedgespreide vloeirivier
van beekallure heeft een luider en een stiller zijde.
Beelden met Monetlelies bloeiend eierdooiergeel, langs
de geschoren grasoever rietgaten zonder witwisvissertjes.

In het lichtmidden van de waterweg rugbuigingen der halende
roeiers. Hof Vredelust zal zijn. Minikasteel. 17-eeuws werk.

Het bric à brac voorbij aldoor het vlakke blinkende dat over
het plein van paardeweidsjes, van tuinerijen door Ouderkerk voert.

JACQUES HAMELINK, GEB.1939
UIT:        DE DAME VAN DE TAPISSERIE
QUERIDO, AMSTERDAM, 2007


Mr.Pieter van Vollenhove



Mr.Pieter van Vollenhove heeft zich gedurende zijn leven ontwikkeld tot een man die zich niet schroomt over velerlei onderwerpen de knuppel in het hoenderhoek te gooieen. Gelukkig gebeurt dit wel na uitvoerige research en zijn het geen ondoordachte uitspraken.

Zijn allerlaatste optreden als zodanig gebeurde in het programma Zembla, waarin hij de vraag stelt of ouders die langdurig verslaafd zijn aan alcohol en drugs en zwakbegaafden die kinderen zo zwaar mishandelen dat ze aan de gevolgen overlijden, wel kinderen mogen krijgen.
Met andere woorden hebben ze het "recht" op kinderen krijgen niet verspeeld. Allereerst kun je je afvragen of mensen wel dat zogenaamde recht hebben. Het zijn kinderen die recht hebben op goede ouders, die hen een basis bieden om uit te kunnen groeien tot evenwichtige volwassenen.
Maar we weten dat heel veel mensen tegenwoordig vinden dat ze overal recht op hebben, maar daarbij de plichten die daaruit voortkomen hetzij vergeten of niet willen kennen of aanvaarden. Ik heb dat ook al geschreven over homo's en hetero's die bewust niet veilig vrijen en daardoor nieuwe HIV besmettingen veroorzaken.

Op zich ben ik het eens met de uitspraak van Van Vollenhove, maar tegelijk besef ik dat dat alleen uitgesproken kan worden door een rechter, die natuurlijk afgaat op adviezen van deskundigen. Er zullen criteria vastgesteld moeten worden om de vrouwen waar het om gaat gedwongen af te zien van zwangerschap.

Helaas komt kindermishandeling niet alleen voor bij de bovegenoemde groepen mensen. Ook in "normale"gezinnen komt dit voor. Melding door familieleden of dicht bij het gezin staanden is hierbij een belangrijk gegeven om deze misstanden te voorkomen. We denken dat we zo'n goede jeugdzorg hebben in Nederland, maar dat is schone schijn.

Simolne de Beauvoir



literatuur wordt geboren als er in het leven iets misloopt

Al wat door mannen over mannen is geschreven moet als verdacht worden beschouwd omdat ze zowel rechter als partij in het geschil zijn

Je wordt niet als vrouw geboren, je wordt vrouw

Bovenstaande citaten zijn van de hand van de vrouw die op 14 maart 1986 overleed en die haar hele leven werd geassocieerd met Jean Paul Sartre.
Het gaat om de hiernaast afgebeelde Simone de Beauvoir, een beroemde Franse filosofe, schrijfster en feministe. Zij wordt op 9 januari 1908 in Parijs geboren als eerste kind uit het huwelijk van George en Francoise. De moeder was erg godsdienstig en gaf haar dochtertje als op tweejarige leeftijd godsdienstles. Iedere donderdagmiddag moet ze mee naar opa en oma De Beauvoir en moet dan doodstil blijven zitten, zonder haar mond open te mogen doen.
Als ze rruim twee jaar oud is krijgt ze een zusje Helène, waarmee ze het goed kan vinden. Het gezin komt door de Eerste Wereldoorlog in financiële problemen en op een gegeven dag zegt vader George dat de zusjes nooit zullen trouwen, want hij kan hen geen bruidschat meegeven.
Voor Simone is dat een grote opluchting want nu kan ze gaan studeren aan de Sorbonne. Ze ontmoet daar de man die levenslang haar partner zal blijven, maar dan niet in de normale betekenis van het woord. Het is een opvallend koppel de foeilelijke Jean Paul en de beeldschone Simone. Voor het eerst in haar leven kreeg Simone wat ze altijd gemist had namelijk volledige aandacht van een ander. Het was dus niet zozeer lichamelijke aangtrekkingskracht, maar veeleer intellectuele verbintenis die beiden bond.

Hij stimuleerde haar om te gaan schrijven, maar haar faalangst overwon zij pas in 1938 toen zij haar eerste boek publiceerde Uitgenodigd, waarin haar eigen persoon de hoofdfiguur was. Hoewel de 2de oorlog voor een scheiding zorgde met Sartre, gaf het haar de gelegenheid veel te schrijven. Politiek gaat een rol in haar boeken spelen wat vooral blijkt in haar boek Niemand is onsterfelijk.

Samen met Sartre en Albert Camus wordt zij gerekend tot het Esxistentialisme; deze stroming gaat uit van ieders verantwoordelijkheid ten opzichte van zichzelf en de hele wereld om hen heen, zonder die afte schuiven op externe omstandigheden op of religieuze of sociale conventies.

Simone vond dat een vrouw onafhankelijk moest zijn van de man en ze was dan ook fel gekant tegen de rol van de vrouw in het klassieke huwelijk. Men beschouwt haar als inspirator van de 2de feministische golf. In 1954 kreeg zij de belangrijkste literaire prijs van Frankrijk de Prix de Goncourt voor haar roman De Mandarijnen.  Toen Sartre in 1980 overleed raake ze in een depressie, die ze alleen kon bestrijden met alcohol en amfetaminen. Maar deze drugs sloopten haar zowel lichamelijk als geestelijk en overleed ze op 78 jarige leeftijd. Ze schreef nog wel in 1981 een openhartig verslag van haar relatie met Sartre La Ceremonie des adieux.