vrijdag 16 oktober 2015

daggedicht



Voor deze vrijdag 16 oktober kies ik een gedicht dat gisteren door Laurens Jz. Coster werd gepubliceerd. Het betreft een gedicht van de Vlaamse dichter Raf Verhulst; aan wiens literaire activiteiten een accuut einde kwam door zijn veroordeling als Activist. Hij vluchtte in 1918 naar Nederland en in 1921 verhuisde hij naar Duitsland, het land dat hij tijdens de bezetting van België gedurende de eerste wereldoorlog steunde. In Göttingen gaf hij tot 1931 Nederlandse taal-en letterkunde. Gedurende zijn leven gebruikte hij een groot aantal pseudoniemen. In 1941 behaalde hij met zijn historische roman "Jan Coucke en Pieter Goethals"  de Rembrandtprijs.
24 maart 1941 overleed Verhulst in Aken.



TOONEEL


Betulband met papieren rozen,
Met gleis dat klaterklinkt;
En groot op haar kartonnen broozen,
Gepleisterd en gesminkt;

Zoo staat in glimpig, bluffig pralen,
De vaal tooneelgodin;
En spiegelhars, in blikken schalen,
Kwalmt standers uit van tin.

Een dichter zal toch eens in 't leven
Haar offren hart en geest;
Den bloesem van zijn droomen geven,
Zijn pit en zielekeest

Doch rept hij teere, gazen wieken
Dat hij het voetlicht vlucht !
Of zijn ze roze als 't morgenkrieken
Dat hij 't beduimlen ducht !

Maar klept hij grauwe, trijpen schachten,
Geschubd met amiant,
Dan mag hij 't smoezelen verachten
En 't schroken van den brand.


RAF VERHULST ( 1866-1941)

UIT:    lANGS GROENE HAGEN (1899).




Geen opmerkingen: