woensdag 23 mei 2012

abdij van Postel



Nadat we nog een kop koffie hadden gedronken, heerlijk in het zonnetje gezeten, verlieten we Bergeijk en begonnen we aan onze fietstocht door een prachtig landschap ( bossen en heide ) richting Abdij van Postel  in België.

Het Dorp Postel maakt deel uit van de gemeente Mol. Als we er aankomen is het er een drukte van belang met dagjesmensen, voornamelijk Belgen. Die doen zich op het enorme terras tegoed aan allerlei etenswaren. We gaan eerst naar het eigenlijke abdij complex; verbazingwekkend wat een oase van rust ineens daar.

Het dorpje Postel behoorde in de 12de eeuw toe aan Fastradus van Uitwijk. In 1134 geeft hij een deel van zijn bezit aan de al bestaande Abdij van Floreffe. De monniken van deze abdij brengen het gebied in cultuur en in 1138 openen ze de Priorij van Postel.

In die tijd lag het dorp Postel vlakbij een aantal belangrijke wegen w.o. Breda - Keulen en Den Bosch - Leuven. Voor de reizigers komen er herbergen. In 1190 is de huidige kerk klaar. De omliggende gronden voornamelijk in Nederland liggend en molens uit de omgeving komen in het bezit van de abdij.

In de loop van de eeuwen heeft de Abdij te maken gehad met oorlogshandelingen; in de 16de eeuw werd deze bv. door de Geuzen geplunderd. Het was vooral bisschop Ghisbertus Masius van Den Bosch zorgt ervoor dat Postel een zelfstandige abdij wordt en niet meer een onderdeel vormt van Floreffe. Er wordt in Postel ook gestart met een priesteropleiding.

De eerste abt van Postel is Rombout Colibrant;  deze bouwt de ringmuur en de toren en begint met een eigen brouwerij. De bedelingen uit de omgeving, die voedsel en andere zaken van de kloosterlingen krijgen, besluiten toch op gezette tijden uit onvrede over het verminderen van het aangebodene, tot plunderingen en doe dit vaak op de zogenaamde Vette Donderdag.

De toestand in de 17de en 18de eeuw waren voor de abdij niet gunstig; in 1785 verloor men 48 hoeven en 12 molens.Door dit verlies verloor de abdij een groot aantal inkomsten en moest bepaalde bezittingen verkopen. In 1794 werd de abdij bezet door Franse troepen en moesten de Norbertijnen de abdij verlaten.

Pas in 1847 konden de monniken terugkeren en is men begonnen met het weer bewoonbaar maken van de abdij en restaureren. Momenteel wordt er geen bier meer gebrouwen; de roodkoperen brouwketels werden in 1943 door de Duitsers geconfisceerd.

De Sint-Niklaaskerk is gebouwd in Rijnlands-Romaanse stijl. maar laat ook gotische en barokke kenmerken zien. Het gewelf en de gotische ramen werden in 1626 aangebracht. Toen ik de kerk bezocht was er net een doopdienst aan de gang.
Zowel de biechtstoelen, een koorgestoelte en de sacristie dateren uit het begin van de 16de eeuw.

De voorgevel van het hoofdgebouw is in 1743 in barokstijl gebouwd; het deel rechts daarvan dateert uit 1631 en het deel links uit 1713. De Romaanse poort waardoor de mensen naar de kerk liepen is in de 13de eeuw gebouwd.

De Abdij beschikt over een prachtige bibliotheek, waarin zich 70.000 bevinden; daaronder liefst 54 wiegedrukken o.a. van Johan van Paderborn, die een leerling was van Dirk Martens.

In de ambtswoning hangen verschillende schilderijen van beroemde kunstenaars w.o. een Heilige Familie van Bellini,  een portret van abt Colibrant, geschilderd door Rubens en een stilleven van de hand van Kalff.

Al met al was het een intererssant bezoek aan een tot dan onbekende bezienswaardigheid. De fietstocht terug naar de Bergeijk verliep voorspoedig en op de camping aangekomen konden we nog heerlijk tot laat van de zon genieten.

Geen opmerkingen: