vrijdag 8 november 2013

muziek waar ik van houd

In deze serie gewijd aan muziek die met Venetië te maken heeft deze keer aandacht voor Giovanni Gabrieli. Net zoals over zijn neef Andrea, aan wie ik al een artikel heb gewijd, weten we van zijn jeugd bitter weinig. Wat we wel weten is dat Giovanni les kreeg van zijn oom en vooral diens eerste werken vertonen een opvallende gelijkenis met diens madrigalen en motetten.
Gedurende de jaren 1575 tot 1580 kreeg Givanni les van Orlando Lassus; beiden verbleven aan het hof van hertog Albrecht V van Beieren.


De volgende jaren huldigen zich in duisternis, maar in 1584 duikt zijn naam weer op, als hij Claudio Nerulo vervangt als organist van de San Marco in Venetië. Na 27 jaar daar gewerkt te hebben verlaat Merulo deze stad en gaat naar Parma, waar hij zijn concurrent Marc Antonio Antonini verdringt.

Giovanni Gabriele is vooral bekend geworden door zijn motetten, waarbij de belangrijke gebeurtenissen van de Roosm Katholieke Kerk als basis dienden. Hij gebruikte daar de techniek van de Cori spezzati bij d.w.z. twee koren afwisselend laat zingen, waardoor een echo-effect wordt gesuggereerd.
Givanni heeft na de dood van zijn oom Andrea diens werken bewerkt en uitgegeven.  
In 1585 wordt Gabrieli organist aan de Scuola Grande di San Rocco en wordt daar omringd door bijzondere instrumentalisten o.a. de cornetspeler Giovanni Bassano.


De ,eeste leerlingen die hij had kwam uit Duitssprekende gebieden en de bekendste was Heinrich Schütz.
De laatste acht jaren van zijn leven leed Giovanni aan een onbekende ziekte, waaraan hij op 12 augustus 1612 overleed.


 

Geen opmerkingen: